Nieuwsbrief april 2020

Creatief schrijven
Regelmatig krijg ik vragen over creatief schrijven. Ik geef een aantal voorbeelden:

  • Hoe verzin je een verhaal?
  • Hoe maak je personages?
  • Wanneer schrijf je?

Iedere schrijver heeft een eigen manier van werken. Er zijn geen standaard antwoorden. Dat vind ik het leuke aan creatief schrijven. Je zoekt en vindt je eigen aanpak.
Ik wil dat graag toelichten aan de hand van mijn nieuwe roman over heksen. Ik wil de lezer graag vertellen over heksen, hun geschiedenis en cultuur, zonder flashbacks naar de 16e en 17e eeuw.
Het belangrijkste is de “plot”, dat is de kern van de roman. Als ik dat verzonnen heb, komen de verhaallijnen vanzelf. Uiteindelijk verzin ik een scène, of heb ik een dialoog in mijn hoofd. Daarmee ga ik aan de slag.
Dan geldt wat Marten Toonder ooit zei: ’Als je aan het werk bent, gaat het anders.‘ De dialoog blijkt op papier toch minder goed, of een scène moet je heel expliciet schrijven. Daarmee ga je werken - dat woord erin, die zin eruit, dat fragment aan het einde, enzovoort, totdat er staat wat je wil dat er staat. Een poos later herlees je het fragment, en vaak herschrijf je.
Dat is de kern van creatief schrijven -– het is schrijven, en werken.

 

 

Geplaatst in Nieuwsbrief.